KANS staat voor klachten van de arm, nek en/of schouder en is in 2011 geïntroduceerd als nieuwe term in het medische domein. Het doel hiervan was om de negatieve associaties met de term RSI te vermijden. De Engelse term is CANS (complaints of the arm, neck and/or shoulder).
KANS en RSI betekenen en zijn absoluut niet hetzelfde. Bij RSI denken we nog steeds dat je klachten het gevolg zijn van je werk of je taken. Bij KANS is hiervan geen sprake: het gaat om klachten, ongeacht hoe die klachten ontstaan zijn.
KANS is een verzamelnaam voor klachten en aandoeningen die ontstaan door regelmatig korte bewegingen te herhalen of een door een statische houding van nek, bovenrug, schouder, boven- of onderarm, elleboog, pols en/of hand. Hoe de aandoening ontstaat, is nog grotendeels onbekend.
KANS wordt in verband gebracht met bepaalde beroepen waarin het lichaam overbelast wordt. De bekendste beroepsgroep met KANS zijn beeldschermwerkers. Andere risicoberoepen zijn kappers, schilders, muzikanten en kleermakers. Mensen die veel tijd doorbrengen met hun smartphone en tablet vormen de snelst groeiende groep met KANS. Ook kinderen en studenten krijgen steeds vaker last van KANS.
Het KANS model laat zien dat de klachten in te delen zijn in specifieke (medisch aantoonbare) en aspecifieke (niet medisch aantoonbare) KANS. Een aandoening is specifiek als deze te diagnosticeren is. Als een aandoening niet in het rijtje van 23 voorkomt, wordt gesproken van a-specifieke KANS. KANS is evenals RSI geen diagnose op zich, maar is een typering voor werkgerelateerde aandoeningen die behandeling behoeven. Een goede diagnose stellen blijft van belang. Het KANS-model is daarvoor een hulpmiddel.
Specifieke KANS
Als je na onderzoek een lichamelijke afwijking blijkt te hebben, dan heb je een vorm van specifieke KANS. Tendinitis, epicondylitis, carpaaltunnelsyndroom, rotator cuff syndroom, tension neck syndroom en De Quervain syndroom zijn vormen van specifieke KANS.
- Bicepspees tendinose
- Bursitiden rond de elleboog
- Carpaaltunnelsyndroom
- Cervicale hernia
- Cubitaal tunnelsyndroom
- Ziekte van Dupuytren
- Epicondylitis lateralis cubiti
- Epicondylitis medialis cubiti
- Frozen shoulder
- Guyon kanaalsyndroom
- Instabiliteit van de schouder
- Instabiliteit van de elleboog
- Scheur in het labrum glenoidale
- Lokale artritis (geen RA) in een gewricht van de bovenste extremiteit
- Oarsman’s wrist
- Radiaal tunnelsyndroom
- Raynaud’s fenomeen
- Rotator cuff scheuren
- Subacromiaal impingementsyndroom
- Sudeckse dystrofie
- Suprascapulaire compressie
- Triggerfinger
- Ziekte van De Quervain
Aspecifieke KANS
Bij aspecifieke KANS vindt je dokter geen aantoonbare afwijkingen en kan hij geen duidelijke diagnose stellen.